Meerssen (1887)

Over de aankoop van een pand is officieel niets bekend. Vanaf 1887 is het noviciaat voor scholastieken er gevestigd en vanaf 1899 ook het noviciaat van de broeders. In 1911 wordt de noviciaatskapel ingezegend. Op 13 september 1901 valt het besluit het generalaat te verhuizen naar Meerssen, maar 2 jaar later gaan ze al weer terug naar Saint-Laurent. Een Franse congregatie hoort immers vanuit Frankrijk bestuurd te worden!

Mathieu Hupperts wordt op 29 juli 1928 tot provinciaal benoemd; hij brengt het provincialaat, dat tot dan toe gevestigd is op de verblijfplaats van de provinciaal, naar Meerssen, waar het blijft tot 1969 als het pand verkocht wordt.

Van 1935 tot 1941 treden 91 novicen in, in de zes daarop volgende jaren slechts 56. Dat heeft vooral te maken met de oorlogssituatie, want vanaf 1947 herstelt de oude situatie zich en treden er gemiddeld weer 15 fraters per jaar in.

Het noviciaat van de fraters in Meerssen telt van 1944-1957 143 kandidaten, een gemiddelde van veertien per jaar. Een noviteit was de komst van Duitse novicen vanaf 1951. Het noviciaat van de broeders telt 37 kandidaten; zonder de inbreng uit de missievakschool van Bunde en later van Zevenaar zou dat aantal en wellicht ook de kwaliteit zeker minder geweest zijn.

In 1964 gaat het noviciaat naar Vroenhof en wordt het voormalige noviciaat in Meerssen ingericht voor oudere confraters. Het complex in Meerssen, waar vanaf 1887 het noviciaat is ondergebracht en sinds 1928 in een ander deel het provincialaat is gevestigd, wordt in 1969 verkocht aan de gemeente Meerssen.